Week van de Groet

“Als je groet, zie je elkaar”

DoorBram van Houten op03 april 2017
Leestijd4 minuten

“Hallo, ik heb gisteren dit pakket voor je aangenomen.” Ik antwoord: “Bedankt, fijne avond nog.” en doe de deur weer dicht. Daar stond ik dan met het pakket in mijn handen; dat mijn — altijd vriendelijke — buurman persoonlijk heeft afgeleverd. Enigszins teleurgesteld in mijzelf ging ik weer op de bank zitten; waarom heb ik hem nog nooit voor een borrel uitgenodigd?

Deze maand vond in de Korrewegwijk (in Groningen) de ‘Week van de Groet’ plaats. Het doel; van 25 t/m 31 maart zullen de bewoners van de Korrewegwijk elkaar op straat weer groeten, want “als je groet, zie je elkaar”. Het idee is een paar maanden geleden ontstaan tijdens de G100 (samenkomst van 100 wijkbewoners om te praten over de wijk.), waar een gebrek aan verbinding werd gezien als een groot gemis in de wijk. Een groep enthousiastelingen stak de koppen bij elkaar om er waarheid van te maken en afgelopen week was het dus zover.

Ik ben opgegroeid in Hellum; een prachtig dorpje met 600 inwoners in de gemeente Slochteren. In de meeste dorpen (in de provincie Groningen) is het doodnormaal om iedereen te groeten die je tegenkomt. De meeste mensen ken je hierdoor van gezicht en dit maakt het makkelijker om elkaar te benaderen — wanneer je bijvoorbeeld hulp nodig hebt. Het zorgt er ook voor dat je elkaar een beetje in de gaten houdt en is een prachtig middel tegen eenzaamheid.

Als knul van een jaar of 6 was groeten voor mij zo normaal dat wanneer ik met mijn ouders naar de stad ging, of op vakantie naar Frankrijk, ik nog steeds iedereen begroette met — de Nedersaksische groet — “Moi!”. 

Zeker voor de chauvinistische Fransen moet dit een vreemde ervaring zijn geweest; “Qu’est-ce qu’un enfant égoïste!”

Toen ik in de stad ging wonen verloor ik dit helaas weer. Zo rond je puberteit ga je als kind jezelf afvragen wat andere mensen van je denken en val je liever niet echt op. Je gaat op in de menigte van de stad; die van het groeten vervreemd is. In Stad groet je niet. Op het platteland wel. Vooral tijdens mijn eerste jaren in de binnenstad vond ik dit ook niet zo vreemd: begin daar maar eens met iedereen te groeten, dan blijf je bezig. Toch, sinds een jaar of drie woon ik nu dus in de Korrewegwijk, waar je niet echt overhoop wordt gelopen door de mensen op straat, maar waar groeten nog steeds niet de standaard is.

Je merkt dat het belangrijk is om elkaar enigszins in de gaten te houden en er voor te zorgen dat we niet van elkaar vervreemden; maar hoe zorg je er voor dat mensen met elkaar in contact komen? Tijdens ons veldwerk in de Korrewegwijk spraken wij met veel wijkbewoners. Zo kwamen we erachter dat mensen eigenlijk perfect langs elkaar heen leven — en we neigen om elkaar slechts op te zoeken als er ergernis is ontstaan. We hebben een reden nodig. Gelukkig kan die reden ook voortkomen uit triviale dingen die het ijs breken: “Nou, onze honden vinden elkaar wel erg leuk hè.”, “Mijn kat zit in je dakgoot, mag ik hem even pakken?”, en “Dit pakket aan jou is vandaag bij mij bezorgd.” zijn vaak hele goede redenen om een kort gesprek aan te gaan.

De ‘Week van de Groet’ geeft ons een legitieme reden om het ijs tussen ons en onze buren te breken; een prima excuus om elkaar aan te spreken. Iets wat je ook vanuit jezelf zou moeten kunnen doen, maar waar je af en toe best hulp bij kan gebruiken. Ik ben heel benieuwd wat de Week van de Groet verder nog gaat opleveren — wat het op langere termijn met de mensen in de wijk doet. Zullen mensen elkaar vanaf nu vaker gaan groeten? Is het vanaf nu makkelijker om contact te maken? Het zal niet zomaar gebeuren en misschien is één week ook niet genoeg. 

Maar hé, weinig dingen gaan vanzelf — en bijna niks slaagt in één keer.

Ik zal in ieder geval mijn best doen en groet nu al twee weken lang iedereen die ik — hier in de wijk — tegenkom op straat. Het is niet makkelijk en het voelt soms vreemd, maar ik geloof dat het belangrijk is en dat mijn enthousiasme anderen energie kan geven. Ik zet mijn ‘angst’ bewust opzij en ga er mee door, want ‘als er één schaap over de dam is, dan volgt de rest vanzelf’. Ook voor die stap na de groet zal ik over een drempel moeten; ik denk dat die borrel met mijn buurman maar eens moet gebeuren.



Als je benieuwd bent naar hoe ik de ‘Week van de Groet’ heb ervaren, of wilt weten of mijn buurman nog is komen borrelen, kun je me altijd even begroeten via bram@opscherp.com.